Claes Iversen: ontwerper van Deense afkomst, woonachtig in Nederland, afgestudeerd aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunst, paar maanden stage gelopen bij Viktor & Rolf, gedragen door finalisten Holland's Next Top Model en nu zelf finalist bij Lancôme Colour Design Awards... Wil je meer over de designer weten? Lees dan snel zijn interview met Fashionscene!
1) Gefeliciteerd met je finaleplek bij de Lancôme Colour Design Awards! Momenteel ben je bezig met de mini-collectie die ervoor moet zorgen dat je door gaat naar de internationale ronde in Parijs. Hoe gaat het? Valt het mee/tegen?
“Een begin maken van een nieuwe collectie is sowieso een uitdaging, maar dit keer moet ik heel voorzichtig zijn met de planning. Sinds kort ben ik begonnen aan een masteropleiding van het Fashion Instituut Arnhem, dus ik moet een goede combinatie van de 2 maken. Het is soms stressvol maar ik heb allang geaccepteerd dat mode geen 9-5 job is! Het Lancôme project is heel erg interessant. Het is niet alleen een geweldige kans maar ook een leerzame tijd.”
2) Vertel eens iets over je achtergrond. Afkomst/opleiding, etc…
“Ik ben in 1977 in Denemarken geboren en 9 jaar geleden verhuisde ik naar Nederland met de intentie maar een jaartje te blijven, als een ‘time-out’ na mijn gymnasium.
Op een of andere rare manier was ik terecht gekomen in de financiën en accountancy sector, terwijl ik eigenlijk een hekel heb aan wiskunde en ik ben er ook nooit goed in geweest. Ik heb 5 jaar voor verschillende internationale bedrijven gewerkt, totdat ik een punt bereikte waarop ik heel erg ongelukkig was met mijn professionele situatie. Ik ben mijn vriend erg dankbaar dat hij me uit mijn ellende heeft gehaald en mij over heeft gehaald om mijn droom achterna te gaan. Toen ik me ging inschrijven bij de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag werd ik ter plekke aangenomen. In juni 2006 studeerde ik af met mijn collectie ‘Cultivated Beauty’.”
3) Wat zijn jouw kenmerkende ontwerpen?
“Mijn stijl is over het algemeen vrij klassiek met een moderne twist. Ik gooi graag een kleine dosis drama in mijn ontwerpen en speel graag met schoonheidsidealen. Ik ben mijn stijl nog steeds aan het ontwikkelen. Op dit moment experimenteer ik graag met deze klassieke stijl. Ik denk dat mijn collectie voor Lancôme hier een goed voorbeeld van is.”
4) Wat is volgens jou de grootste mode-uitvinding ooit?
“Ik vind de technische kant van mode erg fascinerend. Los van het feit dat ik een hekel aan wiskunde heb, vind ik het ongelooflijk dat een goede fitting of een perfect patroon te maken heeft met de constructie en techniek. Als je deze technieken eenmaal onder de knie hebt, kun je van alles maken. Ik heb groot respect voor ontwerpers en kleermakers die de basis hebben ontwikkeld waarmee ik mijn ideeën realiseer.”
5) Wat zou jij never nooit gebruiken in een van je collecties?
“Ik vind dat je nooit ‘nooit’ mag zeggen. Als een ontwerper geloof ik in het feit dat elk materiaal of techniek voordelen en potentie heeft. Op dit moment zou ik niet zo snel stone-washed denim gebruiken, maar je weet maar nooit. Misschien dat ik over een paar jaar een complete jeanscollectie lanceer.”
6) Wie/wat heb je in je hoofd als je ontwerpt?
“Het klinkt een beetje cliché maar alles wat ik zie, hoor, voel en beleef om me heen heeft invloed op wat ik creëer. Ik vind dat je altijd beïnvloed kan worden door alles om je heen. Soms kies ik voor grote sociale issues om me in te verdiepen (zoals bij mijn laatste collectie), soms zijn het juist weer voor kleinere dingen.”
7) Je komt oorspronkelijk uit Denemarken. Wat valt jou het meest op als je de mode in Denemarken en Nederland met elkaar vergelijkt?
“Ik moet toegeven dat ik niet zo met het Deense modebeeld bezig ben als ik graag zou willen. Toch zie ik wel een verschil tussen de 2 culturen dat ook reflecteert op mode. Het Nederlandse cultuur heeft nog Calvinistische trekjes. Het gezegde ‘doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’ wordt niet voor niets vaak gebruikt. Ik vind dat Nederlanders nog beter moeten leren om plezier te hebben. In mijn ogen waarderen Denen kwaliteit en luxe meer. Denen hechten veel waarde aan comfort en kwaliteit en vinden het fijn om er goed uit te zien. Dat valt gelijk op als je in het centrum van Kopenhagen loopt. Het is een grote modeshow vergeleken met wat je ziet in de Kalverstraat. Misschien dat de ‘anti-fashion’ benadering van vele Nederlandse ontwerpers daar een reflectie van is.”
8) Wie staat er op nummer 1 op jouw samenwerkingslijstje?
“Ik kan niet maar een persoon of merk aanwijzen met wie ik zou willen samenwerken. Er zijn zoveel designers die ik bewonder. Ik vind het wel leuk als ik met mensen werk die dezelfde passie en inzettingsvermogen delen voor hun werk. Ik vind dat erg inspirerend, los van of het een bekend iemand is of niet.”
9) Wat is jouw meest favoriete kledingstuk dat je momenteel in je kast hebt?
“Mijn manier van kleden is niet zo uitdagend als mijn ontwerpen, ook al weet ik precies wat ik leuk vind en kan ik erg genieten van shoppen. Saai genoeg is mijn geliefde kledingstuk een basic lichtblauw shirt. Nu heb ik ook een kast vol met shirts in verschillende variaties lichtblauw.”
10) Waar/hoe zie je jezelf over 20 jaar?
“Een onafhankelijke designer zijn, dat is altijd mijn droom geweest. Het is de droom van vele modeontwerpers. Ik weet dat de weg naar succes moeilijk is met een klein slagingspercentage, maar dat is wel mijn ambitie. De droom houdt mij gemotiveerd en dat geeft me de kracht en inspiratie om te doen wat ik doe. Als ik de kans had, zou ik het ook niet erg vinden om een tijdje te werken voor een boeiend merk. De tijd zal het leren waar ik over 20 jaar ben, maar ik hoop op z’n minst wel dat ik uiteindelijk iets doe met evenveel plezier en passie als nu.”
Beeld portretfoto: Lutske Veenstra
Beeld collectie: Brigitte Vincken
Deel dit artikel
